Je kent er vast een paar, mensen die voortdurend bezig zijn om de kleinste tandwielen in hun voedingspatroon en trainingsschema op elkaar af te stemmen. Om de zoveel tijd komen ze op de proppen met een of andere nieuwe tweak, terwijl jij je vooral afvraagt wanneer ze het grote plaatje eindelijk eens op orde krijgen. Kortom: er wordt steeds gezocht naar geheime ingangen, terwijl de deuren die wagenwijd openstaan niet worden gezien. Of naja, misschien worden deze deuren wel gezien, maar ‘het kan toch niet zo zijn dat de sleutel tot succes zo voor de hand liggend is?’. Fout. De sleutel tot succes (lees: duurzame progressie) is juist heel vaak voor de hand liggend.
Het doel van dit artikel is niét om de vergevorderde sporters te onthouden van slimme verbeteringen in hun dieet en trainingsroutine, maar om de beginnende en halfgevorderde sporter een kader te geven om hoofd- en bijzaken van elkaar te scheiden. Meer oog voor het grote plaatje, en minder stress om de weinig bepalende details.

Mens- en wereldbeeld
Iedereen heeft in bepaalde mate een blauwdruk ontwikkeld voor hoe hij of zij kijkt naar voeding en lichaamsbeweging. Bewust of onbewust heb je van huis uit meegekregen hoe er tegen zulke onderwerpen wordt aangekeken. Op latere leeftijd lopen veel mensen nog steeds met die denkbeelden rond, ook al hebben ze het idee dat ze dit door de jaren heen van zich hebben afgeschud. Het gevolg hiervan is dat je kijk op wat gezond eten en voldoende lichaamsbeweging is, sterk afhangt van je eigen achtergrond. Kom je uit een familie waarin topsport wordt bedreven, dan heb jij waarschijnlijk bepaalde overtuigingen, zoals voldoende slaap, gezond eten en veel trainen, van huis uit meegekregen. Kom je juist uit een gezin waarin er altijd onregelmatig werd gegeten, iedereen laat naar bed ging en ’s avonds en in het weekend op de bank hing, dan heeft dat eveneens invloed. Uiteindelijk ga je zelf ook ‘op zoek’. Een persoonlijke zoektocht naar jouw eigen voedings- en trainingsblauwdruk is dan ook geen overbodige luxe. Het maakt dat je beter kan inschatten waar jouw vatbaarheden voor trends en marketing vandaan komen, en met welke fundamentele overtuigingen over voeding en training je rondloopt. Micromanagement kan een gevolg zijn van een opvoeding waarin gezond eten een heel belangrijke rol speelde, of juist nauwelijks betekenis had. Veel mensen gaan wanneer zij jongvolwassen zijn, zelf op zoek naar tegenovergestelde uitersten. Het zou te generaliserend worden om hier verdere uitspraken over te doen, maar het is zeer de moeite waard om deze persoonlijke zoektocht aan te gaan, om te zien waar jouw relatie met micromanagement vandaan komt.
Slimme marketing en de weg van de minste weerstand
Dat het in de aard van de mens zit om te zoeken naar afsnijdroutes om tijd en moeite te besparen, is evolutionair prima te verklaren. Waarom zou je route X kiezen als je hetzelfde resultaat kunt bereiken met het route Y, die veel simpeler is. Combineer dit met slimme marketing en het resultaat is dat een groot deel van de bevolking wil en gaat geloven dat bessen uit het Himalayagebergte ervoor zorgen dat hun middelmatig gezonde leefstijl plotsklap verandert in een heel gezonde. Vaak weten we ergens wel dat dit het verschil niet gaat maken. We willen(!) het vooral geloven. Wat veel mensen alleen vergeten, is dat dit niet zonder kosten is. Letterlijk, omdat het vaak heel prijzige producten zijn die ons via marketing worden aanbevolen, maar vooral figuurlijk: wanneer je jezelf blijft wijsmaken dat die exotische bessen of die ene onconventionele trainingsmethode je naar een hoger niveau gaan tillen, ga je er vanzelf ‘echt’ in geloven. Dit is niet alleen heel zonde voor je portemonnee en je relatie met voeding en training, maar het zorgt er ook voor dat je de deuren die wagenwijd openstaan, meer en meer over het hoofd gaat zien. Langzaam verander je in een sporter die mogelijkheden tot progressie op de verkeerde plekken ziet.
Gezond verstand
Zoals hierboven al een beetje is ingeleid, doe je er in veel gevallen bijzonder goed aan om je gezond verstand te volgen. In de regel is dat letterlijk veel gezonder dan wat je wordt wijsgemaakt door social media influencers en misleidende advertenties. Hierbij ga ik uit van een mensbeeld waarbij de meesten van ons weten dat bijvoorbeeld het eten van meer groenten en fruit voor bijna iedereen een goede raad zou zijn. Er zijn ongetwijfeld ook mensen die in alle oprechtheid geen flauw benul hebben van wat gezond en ongezond is. Dit artikel is in de basis niet voor hen geschreven, en zij zouden er waarschijnlijk goed aan doen om wél gehoor te geven aan alle reclames en food claims. Hun dieetkwaliteit zou er ongetwijfeld op vooruitgaan als zij allerlei superfoods gaan eten. Liever dat dan een zak chips, uiteraard. Het volgen van je gezond verstand lijkt ergens op de weg van de minste weerstand (je volgt immers de kennis die je al bezit over voeding en training), maar in de praktijk is het tegenovergestelde vaak waar. Wetenschappers, trainers en coaches reiken handvatten aan voor het optimaliseren van je dieet en trainingsprogramma, en gaan er vaak vanuit dat het fundament er al ligt. Als dat zo is, dan kan het tweaken (perfectioneren/optimaliseren) een schitterende manier zijn om te groeien als sporter en als mens. Je kan stellen dat zij die de tips geven, verwachten dat jij de basis op orde hebt en dat je snapt dat hun micromanagement-tips een ongezond dieet niet gezond maken, en een slecht trainingsprogramma geen goed trainingsprogramma maken. Aan jou (en je trainer/coach) de taak om dit fundament te leggen. Eerst de hoofdzaken op orde hebben, dan pas de rest gladstrijken.
De rol van coach en trainer
Laat ik beginnen met te zeggen dat een coach en een trainer absoluut niet hetzelfde zijn. Deze twee termen worden vaak door elkaar gebruikt, maar betekenen iets anders. Een trainer is een persoon die jou traint. Open deur wederom, ja. De rol van de trainer houdt in principe op wanneer de training is afgelopen. Hij of zij is dus verantwoordelijk voor hoe de training ingericht is. Een coach onderscheidt zich hiervan door ook een rol te spelen in de +20 uren om jouw training heen. De coach zorgt ervoor dat jij een beeld hebt van wat je gedurende de dag zou ‘moeten’ eten, hoe een goed slaapritme eruitziet en hoe stressmanagement werkt. Helaas richt het gros van de coaches zich nauwelijks op de laatste twee aspecten, maar idealiter zou een coach daar aandacht aan besteden. Zorg daarom, tenzij je een vergevorderde of elite sporter bent, dat wanneer je een coach hebt, deze zich niet tot in den treure richt op alle tweaks in je dieet en programma, maar jou vooral kan vertellen welke hoofdlijnen echt impact gaan maken wanneer je deze op orde hebt. De weg naar progressie is namelijk een lange weg (weinig afsnijdroutes), maar een tamelijk eenvoudige weg (veel open deuren). Toch even voor de (toekomstige) trainers en coaches: leef je zo goed mogelijk in de belevingswereld van je cliënt in. Het is jouw taak en gedeeltelijke verantwoordelijkheid om te zorgen dat er duurzame progressie wordt behaald. Een goed dieet is niet altijd het gezondste dieet dat je als coach kan ontwerpen voor je cliënt, maar datgene dat hij of zij op de lange termijn ook nog eens goed kan volhouden. Ga niet allerlei dure en moeilijk te verkrijgen voedingsmiddelen aanraden wanneer je weet dat de cliënt weinig financiële speelruimte heeft en of een ontzettende chaotisch leven leidt. Als coach, maar ook als trainer, is het echt jouw verantwoordelijkheid om de hoofdzaken van de bijzaken te scheiden. Iemand neemt jou in de hand om expertise in huis te halen, dus zorg dat je op orde hebt welke voedings- (een adequate inname van groenten en fruit) en trainingsrichtlijnen (progressie bijhouden, consistentie) sporters vaak over het hoofd zien, maar die ontzettend bepalend zijn voor het welzijn en de voortgang.
Reactie plaatsen
Reacties